6 tips voor geweldige foto’s met jouw drone
Sinds kort ben ik ik in het bezit van een drone: de DJI Mavic Air2 .
Met een drone maak je foto’s en video’s met een ander perspectief op de wereld. Doordat het perspectief bij het maken van beelden met een drone afwijkt van de manier waarop je de wereld in het dagelijks leven ziet, hebben de beelden een vervreemdend effect. Een drone geeft je de mogelijkheid om unieke beelden te maken.
Met de 6 tips in deze blogpost maak jij ook geweldige foto’s van de wereld van bovenaf met jouw drone.
Hier gaan we!
1. Maak gebruik van bracketting
In vergelijking met een spiegelreflexcamera of een systeemcamera heeft een drone een relatief kleine camerasensor. Althans, de drones die bedoeld zijn voor gebruik door consumenten en voor semi-professioneel gebruikt. Mijn DJI Mavic Air 2 drone heeft bijvoorbeeld een beeldsensor met een afmeting van 1/2”. Deze sensor heeft afmetingen van ~ 6.4 x 4.8 mm. De afmetingen zijn hiermee een stuk kleiner dan de sensor van een full frame camera die een sensor heeft met afmetingen van 36 x 24 mm.
De toepassing van deze kleine beeldsensor zorgt er natuurlijk voor dat de drone lekker compact, licht en daarmee ook betaalbaar kan blijven. Een kleine beeldsensor heeft echter ook als nadeel dat het dynamisch bereik van deze camera kleiner is dan een normale camera. Dit betekent dat de camera slechts een kleiner verschil tussen licht en donker kan vastleggen. Zijn de piepkleine pixels op de beeldsensor van de drone gevoeliger voor ruis dan een camera met een grotere sensor.
Het lagere dynamische bereik zorgt er in de praktijk voor dat bij het maken van foto’s met grote contrast verschillen delen van de foto onderbelicht en/of overbelicht zijn. Wanneer je bijvoorbeeld overdag een foto maakt met de drone, dan zijn de lichte delen overbelicht, waardoor deze geen details meer bevatten.
Om ook in contrastrijke situaties het volledig bereik vanuit de lucht te kunnen vastleggen kun je het beste gebruik van van bracketing. Met de functie Automatic Exposure Bracketing (AEB) maakt de drone kort na elkaar een aantal foto’s, elk met een verschillende belichting. Afhankelijk van de gekozen instellingen maakt de Mavic Air 2 drie of vijf foto’s achter elkaar en slaat deze foto’s als een apart bestand op. Deze aparte bestanden kun je bij de nabewerking van de foto’s gebruiken om het dynamisch bereik van jouw foto te verhogen. Hiervoor kun je bijvoorbeeld gebruik maken van de HDR-functie in Adobe Lightroom.
2. Bewerk je foto’s
De meeste drone bieden de mogelijkheid om foto’s in het gebruikelijke JPEG-bestandsformaat op te slaan, maar ondersteunen daarnaar ook RAW. Door het vastleggen van alle ruwe data van de camerasensor is heb je meer mogelijkheden tot het aanpassen van de foto’s, zonder dat dit direct leidt tot een kwaliteitsverlies in de foto’s.
3. Kies het juiste moment van de dag
Deze tip geldt voor fotograferen in het algemeen, maar vooral ook voor het maken van foto’s met een drone. De kwaliteit van het licht is heel belangrijk voor het uiteindelijke resultaat dat je weet vast te leggen.
Op een zonnige dag is het aanwezige licht hard en zijn de schaduwen donker. Wanneer je foto’s maakt bij zachter licht, dan levert dit veel mooiere resultaten op. Met name in de achtend en avond is het licht veel zachter doordat de zon lager aan de hemel staat.
4. Een interessant onderwerp
Het uitzicht dat je hebt met een drone is spectaculair en vervreemdend, maar dit wil niet zeggen dat dit ook altijd foto’s oplevert die interessant zijn om naar te kijken.
Net als bij het maken van foto’s met beide benen op de grond, is het juist ook bij drone foto’s van belang dat er een interessant onderwerp in beeld wordt gebracht. Dit maakt de foto’s ook de moeite waard om naar te kijken.
5. Composition is king
Kijk bij het vliegen met de drone goed welke compositie een beeld oplevert dat prettig is om naar te kijken. Je kunt hierbij gebruik maken van compositieregels als de regel van derden of de gulden snede. Juist bij dronefotografie ook het gebruik van symmetrie een eenvoudig, maar krachtig beeld neerzetten.
In Europa mag je met jouw drone tot een maximale hoogte van 120 meter hoog vliegen. Wanneer je erg hoog vliegt, dan worden alle objecten heel klein op de foto en is het beeld niet heel interessant om naar te kijken. Vaak levert lager vliegen een interessanter beeld op.
6. Oefen….oefen…oefen
Tot slot: het fotograferen met een drone vergt oefening. Oefen dus veel met het vliegen met een drone en het maken van foto’s. Na wat oefening hoef je minder aandacht te besteden aan het vliegen met de drone en kun je je volledig richten op de fotografische kant. Nu kun je experimenteren wat werkt en wat niet werkt. Daardoor leer je geschikte omstandigheden herkennen voor het maken van mooie foto’s met jouw drone.
Leave a reply